Spring naar inhoud

Roeping en lichamelijkheid; 1 Sam 3,3b-10.19; 1 Kor 6,13c-15a.17-20; Joh 1, 35-42

14 januari 2024

“Gij weet toch dat uw lichamen ledematen zijn van Christus?” Ik weet niet hoe het u vergaat, maar ik moet bekennen dat ik me niet kan herinneren dat ik ooit in letterlijke zin zo over mijn lichaam heb gedacht.

De eerste lezing gaat over de roeping van Samuël. Samuël wordt geleerd naar de stem van God te luisteren en er op de juiste wijze gevolg aan te geven. Ook in het Evangelie horen we een roepingsverhaal. Twee leerlingen van Johannes de Doper gaan Jezus achterna. Door de woorden van Johannes – “Zie het Lam Gods.” – zijn zij nieuwsgierig geworden. Ze willen weten wie die man is, hoe Hij leeft. Jezus nodigt hen uit: “Gaat mee om het te zien.”

Geroepen worden is op de eerste plaats geen zaak van een opdracht ontvangen. Geroepen worden is vooral een ontdekkingstocht: “Gaat mee om het te zien.” Jezus nodigt de twee mannen uit tot een onderzoek en tot een ervaring. Zelf moeten zij ontdekken wie Jezus is en wat het voor hen betekent Hem te volgen. Ook onze roeping is primair een zoektocht. Ook wij worden uitgenodigd Jezus te volgen en te ontdekken wat dat voor ons betekent. Ook wij verlangen ernaar goed te leven en zo gelukkig te worden. Wij willen op een goede manier omgaan met de geschenk van het leven en met al het andere dat ons is gegeven.

Op het eerste gezicht heeft de tekst uit de brief van Paulus weinig overeenkomsten met de twee roepingsverhalen. De tekst heeft veel meer het karakter van een vermaning. En laat er geen misverstand over bestaan: dat is het ook. Paulus roept met deze brief de christenen van Korinthe tot de orde. Er zijn allerlei misstanden in de gemeente van Korinthe en Paulus vindt het nodig orde op zaken te stellen.

Wij hebben ons leven als een geschenk ontvangen. Ons lichaam is een belangrijk aspect van dat geschenk. Een geschenk is een daad van liefde. En liefde vraagt om een antwoord. Liefde is er alleen als er sprake is van een relatie. God schenkt ons zijn liefde. Hij geeft ons leven. Dat geschenk heeft alles te maken met onze roeping. Het geschenk van leven en liefde stelt ons in staat een antwoord te geven, het stelt ons in staat uitvoering te geven aan onze roeping. Wij mensen zijn zowel geestelijk als lichamelijk. Een mens bestaat uit ziel en lichaam. Het een kan niet zonder het ander. Het een is ook niet geheel ondergeschikt aan het ander. Dus kan Paulus inderdaad schrijven: “Gij weet toch dat uw lichamen ledematen zijn van Christus?”

In mijn jeugd kreeg onze lichamelijkheid mogelijk te weinig aandacht. Het lichaam stond bloot aan allerlei verleidingen en werd daarmee vooral gezien als een bron van zondigheid. Tegenwoordig is er juist erg veel aandacht voor onze lichamelijkheid. maar ook daar zijn kanttekeningen bij te maken. Nu wordt onze lichamelijkheid vooral gezien als bron van geluk. Het lichaam heb je in de huidige cultuur vooral om te kunnen genieten. Lichamelijke arbeid wordt echter door velen als minderwaardig gezien. In het huidige denken heb je je lichaam wel om iets leuks te doen, maar niet om iets goeds te doen. Je inspannen door te sporten wordt als positief gezien; maar je inspannen om je beroep uit te oefenen, om je roeping te volgen wordt vooral als een last gezien. Als ledematen van Christus wordt van ons gevraagd dat wij werken aan het algemeen welzijn van alle mensen en onze bijdrage aan de samenleving leveren. Zowel geestelijke als lichamelijke arbeid zijn hierbij belangrijk.

Afgelopen dagen werden er vele wensen voor het nieuwe jaar gedaan. Menigmaal kon je daarbij horen: ‘Als je maar gezond bent.’ Tegenwoordig hebben we te maken met een ware gezondheidscultus. Alles draait om gezondheid. Gezondheid lijkt het enige dat belangrijk is. Inderdaad gezondheid is een belangrijk geschenk, maar gezondheid is niet het doel van ons leven. Een goed functionerend lichaam is een middel om uitvoering aan onze roeping te geven. Ik leerde vroeger in de catechismus: “Wij zijn op aarde om hier en hiernamaals gelukkig te zijn.” Je roeping volgen maakt je gelukkig, nu en later. Wij worden niet geroepen om zo lang en zo gezond mogelijk te leven. Wij worden geroepen zoveel mogelijk bij te dragen aan elkaars geluk. Daarvoor zijn lichamelijke en geestelijke vitaliteit van belang.

Onze roeping is met Jezus de weg van de liefde te gaan. Zo vinden wij onze bestemming: de ware vervulling van ons leven. Jezus volgen is ons geheel en al verbinden met Hem, zoals Hij zich met alle mensen heeft verbonden. Amen.

From → Preken

Geef een reactie

Plaats een reactie