Geschiedenis
In de vierde eeuw werd het christendom de staatsgodsdienst van het Romeinse Rijk. Vanaf die tijd ontstond er gaandeweg een vaste taakverdeling tussen Kerk en staat. Deze hield stand tot de Franse revolutie in 1789. In de daaropvolgende 19e eeuw raakte de Kerk met haar denken over de inrichting van de maatschappij steeds meer in een isolement. Zij verzette zich heftig tegen de producten van de Verlichting: liberalisme, socialisme, mensenrechten, vrijheid van meningsuiting en democratie. Dit antimodernisme werd in 1864 door paus Pius IX verwoord in de encycliek Quanta cura.
Leo XIII
In 1891 sloeg paus Leo XIII met de encycliek Rerum novarum een nieuwe weg in. Hij had oog voor de snel veranderende samenleving en legde de basis voor een katholieke maatschappijvisie. Dit wordt gezien als het begin van de sociale leer van de Kerk. Deze derde weg naast het liberalisme en het socialisme werd door paus Pius XI verder uitgewerkt in de encycliek Quadragesimo anno (1931). Belangrijke begrippen in deze maatschappijvisie zijn: solidarisme en corporatisme. Deze begrippen werden echter ook door het fascisme omarmd, vervormd en daardoor besmet. Ondanks dat hebben ze hun invloed gehad. Zo is in Nederland door de inzet van de KVP de SER (Sociaal-Economische Raad) hieruit voortgekomen.
Johannes XXIII
Met de encycliek Mater et Magistra verliet paus Johannes XXIII in 1961 het idee van de derde weg. Er is niet langer sprake van een door de Kerk aanbevolen eigen systeem. Iedere samenleving heeft het recht haar eigen keuzes te maken. Deze worden vanuit het gelovige sociale denken van de Kerk beoordeeld. Hierbij is de aandacht voor de menselijke waardigheid een belangrijk criterium. Deze nieuwe manier van denken wordt verder uitgewerkt in het Conciliedocument Gaudium et spes (1965). Het gaat voortaan om “de opdracht de tekenen des tijds te onderzoeken en in het licht van het Evangelie te interpreteren”. Sleutelbegrippen van het nieuwe denken zijn: algemeen welzijn, personalisme, solidariteit en subsidiariteit.
Recente ontwikkelingen
In 1967 verbreedt paus Paulus VI met de encycliek Populorum progressio het blikveld van de Kerk tot de hele wereld. Hij pleit voor de ontwikkeling van de gehele mens en van alle mensen. Alle volken hebben recht op ontwikkeling. Paus Johannes Paulus II zet met de encycliek Sollicitudo rei socialis het milieuvraagstuk op de kerkelijke agenda. Wij kunnen niet ongestraft gebruik maken van alles wat levend of levenloos deel uit maakt van deze wereld. Onze natuurlijke hulpbronnen zijn niet onuitputtelijk en milieuvervuiling heeft ernstige gevolgen voor de wereldbevolking. Benedictus XVI zet deze lijn door en wordt de groene paus genoemd. Ook brengt hij in Caritas in veritate (2009) de vraagstukken van de globalisering, de migratie en van de toenemende speculatie onder de aandacht. Paus Franciscus schrijft in 2015 Laudato si’. Vanaf dat moment heeft de zorg voor de schepping een belangrijke plaats in het sociale denken van de Kerk.
De sociale leer van de Kerk is steeds in ontwikkeling en zal dit blijven om steeds weer te kunnen reageren op de voortdurend veranderende situatie in de wereld. Zo wordt de betekenis van het Evangelie voor ons dagelijks leven steeds weer opnieuw doordacht.