Spring naar inhoud

Gemeenschap in Christus; Joh 16,12-15

17 juni 2019

Jezus beloofd ons zijn Geest van waarheid. Hij zal ons tot de volle waarheid brengen. De Geest zal ons verkondigen wat Hij van Jezus heeft ontvangen. Jezus is zelf gelijk aan de Vader: “Al wat de Vader heeft is het Mijne.” Jezus Christus is de openbaring van God zelf en de heilige Geest leert ons alles wat Hij van Jezus heeft ontvangen. Jezus brengt ons ook kennis van de goddelijke Drie-eenheid. Hij spreekt over zijn Vader in de hemel en Hij stuurt ons zijn Geest, de heilige Geest. Maar bovenal laat Hij ons delen in de liefde die er tussen de drie goddelijke personen bestaat.

Jezus laat ons zien en ervaren dat God liefde is. Hij leeft in verbondenheid met zijn Vader en met de Geest. Zij vormen samen een hechte gemeenschap. Jezus deelt die liefde en gemeenschap met ons. Wij mogen delen in de goddelijke liefde en de goddelijke gemeenschap. Met zijn leven laat Jezus ons zien hoe ook wij goed kunnen leven. Hij laat ons zien hoe we kunnen geloven, hoe we kunnen liefhebben, hoe we de waarheid op het spoor kunnen komen en hoe we met elkaar gemeenschap kunnen vormen. De heilige Geest helpt ons daarbij. Hij is onze Helper.

Als wij zeggen God is liefde, zeggen we ook God is relatie. God is relatie in zichzelf: de relatie tussen de drie goddelijke personen. Zo is God ook gemeenschap in zichzelf. En God zoekt de relatie met zijn schepping, met de mens. God heeft ons geschapen om zijn liefde met ons te delen, om ook met ons een relatie aan te gaan en met ons een gemeenschap te vormen. Vanuit de liefde die God ons geeft, zijn wij in staat zelf ook liefde te geven. Wij mensen kunnen van elkaar houden, relaties met elkaar aangaan en wij kunnen gemeenschap met elkaar vormen.

We kennen vele vormen van gemeenschap. Al die gemeenschappen zijn gebaseerd op een of andere vorm van liefde. We kennen onze vriendenclub gebaseerd op vriendschap. We kennen gemeenschappen die gebaseerd zijn op een gezamenlijke interesse. Die gezamenlijke interesse verbindt mensen met elkaar. We kennen sportverenigingen, gezelligheidsclubjes, buurtverenigingen. Ook als wijk, als dorp, als stad, als land vormen wij gemeenschappen. Al die gemeenschappen hebben hun eigen karakter. Ondanks de verschillen zijn al die gemeenschappen gebaseerd op verbondenheid van mensen met elkaar. Je zou kunnen zeggen dat elke vorm van gemeenschap uit hetzelfde materiaal namelijk verbondenheid, is opgebouwd. Die verbondenheid ligt altijd in het verlengde van de liefde van God voor ons. Zo is ook elke vorm van gemeenschap van goddelijke oorsprong en komt voort uit de gemeenschap die God in zichzelf vormt.

Eén vorm van gemeenschap heb ik nog niet genoemd. Dat is de geloofsgemeenschap. Dat is de Kerk. In de vorige eeuw tijdens het Tweede Vatiaans Concilie is er veel nagedacht over het wezen van de Kerk. Het ging over het vormen van gemeenschap, communio. Naast het beeld van de Kerk als lichaam van Christus zijn we de Kerk ook als het volk Gods gaan zien. Maar wat betekent het: het volk Gods te zijn? Wat is een gemeenschap in Christus, een gemeenschap als zijn lichaam? De goddelijke vorm van gemeenschap vinden we in de gemeenschap die door de heilige Drie-eenheid wordt gevormd. Hier is geen na-ijver en geen eigenbelang. Hier is alleen wederzijdse liefde, harmonie en dienst aan elkaar. Onze menselijke gemeenschap heeft dit beeld als na te streven ideaal voor ogen.

Als we spreken over een volk van God, een gemeenschap in Christus is dat een gemeenschap die dit ideaal van liefde, harmonie en dienstbaarheid nastreeft. Zo’n gemeenschap sluit niet uit. Zij is niet exclusief, maar juist inclusief. Iedereen is er welkom, iedereen hoort erbij. Zo’n gemeenschap is bestendig en duurzaam. Zij staat open naar de toekomst. Zij past zich aan en laat verandering en groei toe. Het is niet: ‘zo hebben wij het hier altijd gedaan en zo blijven we het dus doen’. Zij is niet zelfgenoegzaam. Zij is niet dwingend maar juist dienend naar elkaar. Zo’n gemeenschap houdt rekening met iedereen en vooral met de kwetsbaren en met minderheden. Er is geen dictaat van de meerderheid. Het is niet de meeste stemmen tellen. Er is nadrukkelijk aandacht voor de minderheid. De pijn en het verdriet van de één treft allen. Als er één lijdt, lijden allen. Binnen zo’n gemeenschap gaat het niet om rechten en plichten, maar draagt ieder naar vermogen zijn verantwoordelijkheid. Er is respect voor elkaar, voor het geheel en voor de instituties en tradities.

Zo’n gemeenschap wordt gedragen door goddelijke bezieling: door Gods woord en Gods liefde en barmhartigheid. Het is het volk van God en niet een volk dat aan zichzelf genoeg heeft. Het is het lichaam van Christus. Heel de gemeenschap, al haar leden verbinden zich met Christus, met God. Vanuit die verbondenheid wordt de gemeenschap, de Kerk gevormd. Zo is het een gemeenschap van vrijheid en blijheid: vrij zijn om uit liefde voor de ander het goede te doen en daardoor blij te zijn. Wij worden uitgenodigd op deze wijze gemeenschap, op die manier Kerk te zijn en dat ook uit te dragen. Amen.

From → Preken

Geef een reactie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s