barmhartigheid, Evangelie, Evangelii gaudium, exhortatie, Franciscus, Gaudete et exsultate, heiligheid, Jezus Christus, onderscheiding, paus, zaligsprekingen, zelfgenoegzaam
Wie denk jij wel wie je bent!? Mc 6,1-6

Wie denk jij wel wie je bent!? We hebben je ouders en je grootouders nog goed gekend. Dat waren gewone mensen zoals wij. En nu denk jij ons te kunnen vertellen wat wij moeten doen? Als je, zoals ik, in een kleinere gemeenschap zoals een dorp bent opgegroeid, komen dergelijke woorden je niet vreemd voor. Je wordt geacht in de voetsporen van je ouders en je grootouders te treden. Je wordt geacht te doen wat men in het dorp normaal vindt. Dat houdt de zaak lekker overzichtelijk. Alles blijft zoals het altijd was.
Maar dat is niet de boodschap die Jezus heeft. Zijn opdracht is juist om verandering aan te kondigen en mensen tot geloof en tot bekering te brengen. Hij brengt de wereld een revolutionaire boodschap: Hij verkondigt de komst van het Rijk Gods. Na zijn dood en verrijzenis is het de taak van zijn volgelingen deze verkondiging voort te zetten. Nu is het aan ons de komst van het Rijk Gods te verkondigen.
Viereneenhalf jaar geleden verscheen een brief van paus Franciscus: de exhortatie ‘De vreugde van het Evangelie’. In deze brief roept hij ons allen op deze opdracht van Jezus aan ons gestalte te geven in ons leven. Onlangs verscheen er een nieuwe brief van de paus: de exhortatie ‘Verheugt u en juicht’. Met deze brief roept de paus ons op tot heiligheid. Hij roept ons op ons leven te heiligen. Hiermee geeft de paus nadere invulling aan wat hij in de vorige brief vroeg: de verkondiging van het Evangelie in ons dagelijks leven. Als wij met ons christelijk leven een voorbeeld voor anderen zijn, is dat bij uitstek een vorm van verkondiging.
De oproep tot heiligheid is aan alle gelovigen gericht. De vreugde die het volgen van onze roeping tot heiligheid geeft, is er niet alleen voor hen die door de Kerk heilig worden verklaard. Iedere gelovige wordt geroepen tot heiligheid. Dat vraagt geen speciale geloften, kwalificaties of diploma’s. Het gaat niet alleen ambtsdragers of kloosterlingen, maar om alle mensen. Het gaat om het leven van alledag, om het goed doen van de gewone dingen. Iedereen is geroepen zijn leven op zijn eigen wijze goed te leven. Ook vijftig jaar lief en leed met elkaar delen is een teken van heiligheid. Het gaat om het vinden van het geluk in het bijzondere van het gewone.
De paus schrijft: “Het is belangrijk, dat iedere gelovige zijn eigen weg onderscheidt en het beste uit zichzelf naar boven haalt, dat wat God hem persoonlijk gegeven heeft, en dat hij niet hopeloos probeert iets te imiteren dat helemaal niet voor hem bedoeld is.” Verder schrijft de paus dat heiligheid tot een beter en menselijker leven leidt: “Wees niet bang voor heiligheid. Zij ontneemt je geen energie, vitaliteit of vreugde. In tegendeel, je wordt wat de Vader bedoelde toen Hij je schiep, en je zult trouw aan jezelf zijn. (…) Wees niet bang hogere doelen te stellen en je door God te laten liefhebben en bevrijden. Wees niet bang jezelf te laten leiden door de heilige Geest. Heiligheid maakt je niet minder menselijk, want het is een ontmoeting tussen je eigen zwakte en de kracht van Gods genade.”
De titel ‘Verheugt u en juicht’ komt uit de zaligsprekingen, het begin van de Bergrede van Jezus. De paus ziet de zaligsprekingen als de weg voor de christen, als de weg van heiliging. Hij schrijft: “De zaligsprekingen zijn als de identiteitskaart van de christen. (…) Het woord ‘gelukkig’ of ‘zalig’ wordt zo een synoniem voor ‘heilig’. Het geeft uitdrukking aan het feit dat zij die God trouw zijn en zijn woord naleven, door hun zelfgave het werkelijke geluk verkrijgen.” Het is een weg die tegen de stroom in gaat. De paus benoemt de gevaren en de verleidingen van deze tijd. De weg van Jezus volgen, het pad van de heiligheid gaan, betekent dat je je niet laat verleiden en dat je anders durft te zijn. Het betekent dat je een andere mening durft te hebben als het gaat om mensen in de verdrukking en dat je durft op te komen voor de rechten van de armen en de mensen in nood. Het betekent dat je weet dat alle mensen je broeders en zusters zijn.
Er is geen sprake van een blauwdruk, geen sprake van een sjabloon. De paus geeft geen pasklare antwoorden. Hij geeft richtingen aan. Hij legt veel nadruk op de noodzaak van onderscheiding. Hoe maak ik onderscheid tussen goed en kwaad, hoe versta ik de stem van God en hoe laat ik de heilige Geest en Gods genade in mij werken? Ook geeft hij vijf houdingen aan die belangrijk zijn op onze weg van heiliging. Het zijn: zachtmoedigheid, humor, bevlogenheid, gemeenschapszin en een geest van gebed. Een centraal begrip in deze brief is de barmhartigheid. Uiteindelijk gaat het er altijd om wat heb ik voor mijn medemens gedaan. Heiligheid leidt niet tot een middelmatig en rustig leven. Ook het lijden eist zijn plaats op in ons leven. Onze tegendraadsheid, ons tegen de stroom in gaan zal ons niet alleen maar applaus opleveren. We zullen er ook om worden veracht en vernedert.
De paus maakt ons duidelijk dat Jezus navolgen en zijn boodschap verkondigen, betekent dat we het moeten aandurven anders te zijn en dat we ons niet moeten overgeven aan zelfgenoegzaamheid. Onze eigen weg gaan, de weg van onze roeping gaan leidt tot heiligheid en brengt ons vreugde en geluk. Amen.
Zie ook een uitgebreider artikel over de exhortatie ‘Verheugt u en juicht’.
From → Preken