Spring naar inhoud

Op weg naar Kerstmis; Js 11,1-10

8 december 2013

Jesaja tekent ons een toekomst van voorspoed en geluk, van gerechtigheid en vrede. De hele schepping is vervuld van liefde en harmonie. Er is geen kwaad en geen zonde meer. Er komt een leider die voor alle volkeren heil brengt. Het klinkt te mooi om waar te zijn. Is het niet allemaal teveel van het goede? Is het niet compleet over de top?

Voor hen die hun hoop enkel op menselijk presteren, enkel op de kennis van wetenschap en techniek, enkel op de kracht van wereldse utopieën en idealen vestigen, is het dat zeker. Zij zullen telkens weer teleurgesteld worden. Christenen weten dat het juist niet alleen maar mensenwerk is. Zij stellen hun hoop en vertrouwen op God. Zij zien werkelijk uit naar de leider die dit gaat verwezenlijken. Ieder jaar weer zijn wij onderweg naar Kerstmis, kijken wij uit naar de geboorte van het Licht, de zoon van David, de twijg die ontspruit aan de stronk van Isaï, kijken wij uit naar Hem die wij noemen: Immanuël, God met ons.

Het is Jezus van Nazareth die wij herkennen in deze tekst van Jesaja. Hij is de Messias, de Christus van wie dit alles wordt verwacht. Hij zegt over zichzelf: “De geest des Heren is over mij gekomen, omdat Hij Mij gezalfd heeft. Hij heeft mij gezonden om aan armen de Blijde Boodschap te brengen…” (Lc 4,18) Jezus Christus is onze verlosser en redder. Hij brengt ons het Rijk Gods, een rijk van vrede en gerechtigheid.

Wij christenen zijn niet alleen ontvangers van de Blijde Boodschap. Wij zijn ook de dragers van de vreugde van het Evangelie. Wij zijn ook allen geroepen om deze boodschap van liefde uit te dragen en mede vorm te geven. Wij zijn allen gedoopt met water, maar ook met vuur en heilige Geest. (Mt 3,11) Wij zijn allen gezalfd tot koningen, priesters en profeten. Wij maken allen deel uit van een koninklijke priesterschap, van Gods eigen volk. (1 Pe 2,9) De geest des Heren rust op ons allemaal. (1 Pe 4,14)

De vreugde en liefde die God ons geeft, mogen wij delen met iedereen. Allereerst moeten wij ons openstellen voor God, onze hart openen voor zijn liefde en zijn boodschap van bevrijding. Als wij in onszelf ontdekken hoeveel liefde en genade ons wordt gegeven, als wij ontdekken hoeveel God van ons houdt, als wij ontdekken hoeveel vrijheid Jezus Christus ons brengt, als wij ons dat werkelijk bewust worden, vervult ons dat met een onmetelijke vreugde. Dat is wat er bedoeld wordt met de vreugde van het Evangelie waarover paus Franciscus geschreven heeft. Het is deze vreugde die het voor ons onmogelijk maakt te zwijgen. Iedereen moet weten, wat ons is overkomen. Iedereen moet weten hoeveel God van ons houdt. Over die liefde kunnen wij niet zwijgen.

Het is ook die liefde en vreugde die ons tot handelen aanzet. We willen Gods liefde met iedereen delen. Hierdoor zetten wij ons in voor gerechtigheid en vrede. Zo worden wij medewerkers aan het Rijk Gods. Zo worden wij allen in woord en daad brengers van de Blijde Boodschap. Zo brengen wij niet alleen geluk aan anderen. Zo worden ook wij zelf werkelijk gelukkige mensen. Zo weten wij ons echt kinderen van God. Amen.

From → Preken

Geef een reactie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s