Bidden uit liefde

Wat is bidden? Een veel gegeven antwoord is: “Praten met God”. Een breder antwoord is: “Zijn voor Gods aangezicht”. God is er altijd, Hij is altijd bij mij. Ben ik ook bij Hem? Ben ik mij bewust van zijn aanwezigheid? Bidden is je bewust zijn van Gods aanwezigheid.
Wat doe je in aanwezigheid van iemand van wie je houdt, in aanwezigheid van je geliefde, je ouders, je kinderen, je vrienden? Je praat met elkaar, je doet dingen samen, je bent zwijgend bij elkaar. Ieder geeft op zijn eigen manier inhoud aan de verbondenheid met elkaar. Wezenlijk is dat je jezelf bloot geeft, aan de ander durft te laten zien wie echt bent en wat je bezig houdt. Dat geldt ook voor bidden. God wil een relatie met ons. Hij zoekt ons. Hij houdt van ons. Wij willen zijn liefde beantwoorden. Daarom bidden wij.
Het gebed kan heel verschillende inhouden hebben. Het is afhankelijk van jouw situatie: vragen, klagen, bedanken, God prijzen, schuld belijden, geloof belijden. Het volk van Israël moppert in de woestijn en God geeft hun te eten. Vorige keer ging het over de Bijbel. Daarin spreekt God tot ons. In het gebed antwoorden wij God. Bidden kan op vele verschillende manieren: met of zonder woorden, eigen woorden of een bestaand gebed, in stilte of hardop, sprekend of zingend, samen of alleen, binnen of buiten, tijdens andere bezigheden, lopend, dansend. In de stilte van ons hart spreekt God tot ons. Attributen zoals een kruisbeeld of een afbeelding kunnen ons bij het gebed helpen ons te concentreren. Ook de omgeving of muziek kan bijdragen aan het gebed. Houding, gebaren en rituelen kunnen vorm geven aan het gebed. Denk aan het Kruisteken. Sint Augustinus zegt: “Zingen is dubbel bidden.” Mijn moeder zei altijd: “Werken is ook bidden.” Ook met onze daden geven wij een antwoord op Gods liefde voor ons.
Tot wie bidden wij? Wij bidden tot God, tot Hem alleen. Als eerste bidden wij tot God de Vader, we kunnen ook bidden tot Jezus, Gods Zoon en tot de heilige Geest. Jezus is mens geworden zoals wij. Hij kent ons door en door. Vaak bidden wij op zijn voorspraak. Hij is onze middelaar bij God. Wij bidden door Christus, onze Heer. Het initiatief ligt altijd bij God. Wij bidden niet uit onszelf. Het is God die ons laat bidden. Het gebed is de werking van de heilige Geest in ons. Het is de heilige Geest die in ons bidt, Hij laat ons bidden. Het getijdengebed begint ’s ochtends met: “Heer open mijn lippen.” Wij aanbidden alleen God. Katholieken bidden ook het Wees gegroet. Wij kunnen Maria en de heiligen vragen voor ons en met ons te bidden.
Mag je alles aan God vragen? Ja, je mag alles vragen. God zal je geven wat goed voor je is. “Vraagt en u zal gegeven worden; zoekt en ge zult vinden; klopt en er zal worden opengedaan.” (Mt 7,7) “Of is er wel iemand onder u, die zijn zoon een steen zal geven als hij om brood vraagt? Of een slang wanneer hij vraagt om een vis?” (Mt 7,9-10) Jezus noemt God zijn vader. Hij zegt ons dat wij dat ook mogen doen. Zie het citaat hierboven en zie het Onze Vader. De basis voor het gebed is de liefde: de liefde van God voor ons en onze liefde voor Hem. Dit verwoorden wij door God Vader te noemen.
Zoals in elke relatie is het nodig dat we met elkaar in het reine zijn. Wanneer wij elkaar tekort doen, als wij elkaar iets verwijten, is er spanning in onze relatie en is er geen ruimte voor de liefde. Dit geldt ook voor onze relatie met God. Hoe weten wij dat wij God liefhebben? “Vrienden laten wij elkander liefhebben, want de liefde komt van God. Iedereen die liefheeft is een kind van God, en kent God.” (1 Joh 4,7) Als wij elkaar liefhebben, hebben wij God lief. Dan zijn wij in staat te bidden, dan durven wij God onder ogen te komen.
We vinden dit ook terug in het Onze Vader. “En vergeef ons onze schuld, zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven.” Elkaar vergeven is het meest liefdevolle wat je kunt doen. Je kunt iemand alleen maar vergeven als een daad van liefde. Je kunt niet iemand vergeven omdat het moet, omdat het verplicht is of omdat het je goed uitkomt: dat lukt absoluut niet. Elkaar vergeven betekent elkaar liefhebben en dus God liefhebben. Alleen in die situatie zijn wij in staat te bidden en zal God ons vergeven. Heel veel wordt ons gegeven alleen uit liefde van God voor ons. Bij de vraag om het dagelijks brood staat niet: “zoals ook wij aan anderen hun brood geven.” Deze wederkerigheid wordt alleen bij de vergeving genoemd. Vergeving kan niet zonder wederzijdse liefde. Dat geldt voor vergeving schenken, maar voor vergeving vragen. Je kunt geen vergeving vragen zonder liefde voor de ander. Ook vergeving vragen is een daad van liefde. Alles wat de wederzijdse liefde in de weg staat, de wederzijdse liefde verhindert, maakt het gebed onmogelijk. Op dat moment willen wij helemaal niet voor Gods aangezicht verschijnen. Op dat moment kunnen we hooguit doen alsof, alleen maar toneel spelen.