In liefde en waarheid getuigen; Hnd 1,1-11; Ef 1,17-23; Mt 28,16-20

Bij zijn afscheid geeft Jezus ons de opdracht: “Gaat dus en maakt alle volkeren tot mijn leerlingen.” Afgelopen november verscheen een brief van paus Franciscus: de exhortatie ‘De vreugde van het Evangelie’. In deze brief roept hij ons allen op deze opdracht van Jezus aan ons gestalte te geven in ons leven.
Franciscus opent zijn brief met: “De vreugde van het Evangelie vult de harten en levens van allen die Jezus ontmoeten.” Het woord vreugde keert steeds weer terug. Het is een sleutelwoord in deze brief aan alle katholieken. “Niemand moet denken dat deze uitnodiging niet voor hem of haar bedoeld is, want niemand wordt uitgesloten van de vreugde die door de Heer wordt gebracht.” Het doel van zijn brief geeft de paus met: “In deze exhortatie wil ik de christenen aanmoedigen deel te nemen aan een nieuw hoofdstuk van evangelisatie dat gekenmerkt wordt door deze vreugde…”
De paus zegt ons: ga zonder schroom en angst op weg en verkondig geestdriftig het Evangelie. Ieder doet dit op zijn eigen manier en in zijn eigen omgeving. Het gaat om het hart van het Evangelie, het essentiële, het mooiste, het grootste, het meest aansprekende en tegelijk het meest noodzakelijke. De boodschap moet eenvoudig zijn zonder iets aan diepte en waarheid te verliezen. Zo wordt zij alleen maar krachtiger en overtuigender. Verkondig met vreugde en vertrouwen. Laat zien dat de liefde van God en de vreugde van het Evangelie in je leeft. Laat zien dat je je verbonden weet met Jezus Christus. Wie kan er zwijgen over zijn of haar geliefde? De paus maakt concreet hoe wij de opdracht van Jezus in ons eigen leven gestalte kunnen geven.
Er wordt niet meer van ons gevraagd dan we aan kunnen. En wij mogen hierbij rekenen op de steun van de heilige Geest. Deze belofte geeft Jezus ons: “Gij zult kracht ontvangen van de heilige Geest die over u komt, om mijn getuigen te zijn in Jeruzalem, in geheel Judea en Samaria en tot het einde der aarde.” Jezus weet dat wij het niet op eigen kracht kunnen en ook dat wij ons steeds weer onze eigen voorstellingen maken. Wij zijn als de leerlingen: “Heer, gaat Gij in deze tijd voor Israël het koninkrijk herstellen?” De leerlingen denken nog steeds in aardse en menselijke begrippen. En ook wij doen dat als ons hart en hoofd niet wordt verlicht door de heilige Geest, de Geest van liefde en waarheid.
Paulus wenst ons toe: “Moge Hij uw innerlijk oog verlichten om te zien, hoe groot de hoop is waartoe Hij u roept, hoe rijk de heerlijkheid van zijn erfdeel te midden der heiligen en hoe groot zijn macht is in ons die geloven.” Het is de heilige Geest die ons doet leven in liefde en waarheid. Hij maakt ons tot waarachtige navolgers van Jezus Christus. Het is de heilige Geest die ons laat zien hoe alles doordrenkt is van Christus, of zoals Paulus schrijft: “de volheid van Hem die het al in alles vervult.”
Ook wij mogen ons door de heilige Geest laten vervullen van de volheid van Jezus Christus, van zijn koningschap. Wij mogen delen in zijn vreugde, de vreugde van het Evangelie. Als koningen mogen ook wij onze naaste dienen en Evangelie in liefde en waarheid verkondigen. Amen.